Ga naar de inhoud

Reisverhalen

Reizen en vooral foto’s.

Op deze pagina’s zult u foto’s en reisverslagen vinden, die gemaakt zijn tijdens reizen over de wereld door de familie Meeuwesen. Hoort u ook bij deze familie? Dan zien we straks ook uw verhalen en foto’s, toch?

Mijn (Michael’s) persoonlijke voorkeur voor reizen gaat uit naar Indonesië, mijn geboorteland. Maar andere landen uit het Verre Oosten en de rest van de wereld mijdt ik ook niet. Een aantal landen heb ik al bezocht: Indonesië, Maleisië, Vietnam, Thailand, Costa Rica, Brazilië.

Ik ben begonnen met fotograferen tijdens mijn vaartijd. Mijn eerste camera kocht ik in 1974 in Christobal (Panama kanaal zone), een belastingvrije haven. Het werd een Canon FTb, ik heb hem nog steeds en hij doet het ook nog. Sindsdien ben ik altijd bij dat merk gebleven, totdat ik mijn eerste digitale camera kocht, een Olympus C2500L. Vanaf dag één heb ik hier spijt van gehad. Maar ja, je neemt allemaal wel eens een slechte beslissing.
Daarna weer gauw terug naar Canon, een Canon 10D. Vergelegen met de Olympus is dat hemel op aarde. En nu heb ik weer een nieuwe gekocht, een Canon 50D, een pracht apparaat. Intussen heb ik er ook een Samsung NX210 bijgekocht, lekker licht en onopvallend. Toch kun je hier uitstekende foto’s mee maken.

Ooit, heel lang geleden kreeg ik (Lex) van mijn vader (of was het toch Sinterklaas?) een Gevabox. Heeft u ooit wel eens gehoord van het fotomerk Gevaert? Wat? Bent u al zo oud? Zo lang is het dus geleden. Mijn eerste foto maakte ik van de maan. Beneden in de huiskamer was niet genoeg licht, zei mijn vader. Maar ik moest en ik zou een foto maken. Later, na bedtijd, was het licht in de slaapkamer. De maan. Ik mocht niet bewegen, was me op het hart gedrukt, dus ik zette de Gevabox op de vensterbank. Toen kreeg ik een half beeld omdat ruiten toen ook al in een raamwerk gevat waren. Raam open zetten? Nou nee, stervenskoud, want toen hadden we elke winter winter en vaak al voordat sinterklaas voet aan neder-land zette.
Mijn tweede camera kocht ik in het toenmalige Nederlands Nieuw Guinea. Een Topcon. Ook al een merk, dat we nu met een lantaarntje moeten zoeken. Versleten in 1974. Te veel foto’s van mijn kinderen gemaakt, denk ik. Geen geld, dus me gewaagd aan de Praktica. Na een jaar deed het flitscontact het niet meer, de sluiter moest je zachtjes flemend toespreken en toen ik de film niet meer doorgespoeld kreeg voor de volgende foto, was de maat vol.
Een paar maanden liep ik alle fotografen af om folders en prijzen. De stapel was zeker tien centimeter dik. Uiteindelijk bleven Canon, Olympus, Asahi-Pentax en Nikon over. En uiteindelijk alleen Nikon. De F2A was een rib uit mijn lijf, met de lenzen mee, drie ribben. Om een lang verhaal kort te maken, na dertig jaar trouwe dienst en een paar foto’s om verliefd op te worden, moest ik van mijn kleine broertje (ja, Michael, die van hierboven) aan de digitale fototiet. Ik wilde niet.
De eerste werd een Coolpix 8800, ja ook Nikon, vraag me onder vier ogen waarom, want hier censureert Michael het er toch uit. Maar na een jaar dacht ik, wat een traag rot ding. Perfecte mooie, scherpe, contrastrijke foto’s, maar traag … traag …. whhhoeeeaahh … terug naar de gewone filmpjes, de F50, en daarna toch maar weer digitaal. De Nikon D200. Mooie foto’s zoals je van goede lenzen kunt verwachten. Maar soms ik heb nog ruzie met mijn camera. Ik kan er niet tegen om geleefd te worden, zelfs niet door een camera.

Wij willen u een goede raad geven: bekijk het maar (de website natuurlijk . . . ).